Even zeiken
Ik had mijn vorige blogje nog niet geplaatst of karma sloeg toe.
Vroeg ik me afgelopen vrijdagochtend in het fitnesscentrum al af waarom mijn hartslag bij mijn cardio-oefeningen 5 slagen per minuut hoger lag dan gebruikelijk, ’s avonds kreeg ik last van, hoe zal ik het zeggen, mijn onderzijde. ’s Nachts moest ik er meermalen uit om te plassen en dat was weinig aangenaam. Die toestand werd ook nog eens vergezeld door koorts. En dan gaat een wakker liggend mens zich zorgen maken en zich allerlei levensbedreigende, of op zijn minst levenskwaliteitsbedreigende scenario’s in zijn hoofd halen.
Zaterdag en zondag: lamlendig, geen energie en spierpijn her en der. Maar aan de onderzijde leek het wisselend beter te gaan. Maandagochtend toog ik toch maar met een jampotje urine naar de huisarts. Resultaat: niks te zien, alles in orde. Stelde me dat nou gerust of niet? Hoewel mijn lichaam de rommel in het weekend waarschijnlijk al flink had opgeruimd, mijn complimenten daarvoor, de lamlendigheid is nog niet helemaal achter de rug. Al zal een deel daarvan psychisch zijn. Ook dat moet nog even worden weggewerkt.
Komend weekend maar weer eens op de fiets stappen voor een kleine fysieke test. De conditie moet bovendien flink worden opgekrikt, want gisteren kwamen nieuwe plannen van de mannen binnen: in juni een week fietsen in de Franse Alpen. En die Col de la Loze schijnt goede benen te vereisen.