Kouwe drukte
Niet alle fietsrondjes zijn leuk.
Soms zit een mens zichzelf in de weg. Zo koos ik afgelopen vrijdag vanwege een licht noordwestenwindje voor een tochtje naar Katwijk, dit volgens het principe ‘heen windje tegen, terug windje mee’. Een rondje naar Katwijk betekent eerst een heel stuk noordwaarts door Den Haag fietsen. Ik doe dat daarom zelden. Van stoplicht naar stoplicht door druk verkeer. Bij de Houtrustbrug werd ik bovendien al omgeleid vanwege een afgesloten fietspad. Toen had ik al een slecht humeur en had ik meteen mijn plan moeten aanpassen. Zoveel wind stond er nou ook weer niet.
Maar ik fietste door en worstelde mezelf door de stad. Pas op het fietspad door Meijendel kwam ik enigszins tot rust. Dwars door Wassenaar was daar echter weer de verkeersstress en een lang oponthoud bij een verkeerslicht. In Katwijk wilde ik over het fietspad langs de Oude Rijn naar de kust fietsen, maar ook dat was halverwege afgesloten, waardoor ik dwars door het drukke Katwijkse verkeer werd gestuurd. Irritant.
Het was een bijzonder onbevredigend ritje, want ook de laatste kilometers door Den Haag gingen vanwege het drukke verkeer met horten en stoten gepaard. Toen ik thuis kwam was ik vermoeider van de stress dan van het fietsen zelf. Dat was een slecht teken.
Soms zit een mens de ander in de weg. Zo ging ik afgelopen zondag een rondje met mijn vriendin fietsen. Het was mooi weer, dus op sommige plekken was het druk. We reden in een bedaard tempo. We genoten van de schoonheid van Midden-Delfland en verbaasden ons over de lelijkheid van Zoetermeer.
Aan de noordoostrand van Zoetermeer loopt een fietspad langs een parkachtig gebied. Het was vrij druk op het fietspad, met skaters en fietsers van diverse pluimage. Voorzichtig aan dus. Twee meter naast het fietspad was een wandelpad, maar op het fietspad liep een stel van een jaar of vijftig naast elkaar voor ons. Ik belde. Geen reactie. Vanwege tegemoetkomende fietsers moest ik even inhouden, ik belde nogmaals en bij het passeren van het stel zei ik op een zo vriendelijk mogelijke toon: “fietspad”.
“Hou je bek”, reageerde de man.
Even had ik de neiging om in mijn remmen te knijpen en hem op het wandelpad te wijzen, maar ik fietste door. Ik had geen zin in een woordenwisseling om niks. Maar mijn goede humeur was verdwenen. En het duurde een tijdje voordat ik me weer kon wijden aan de omgeving. In mijn hoofd voerde ik alleen maar een vruchteloze en vervelende conversatie met die kerel. Terwijl we toch gezellig met zijn tweeën aan het fietsen waren. Ook dat was een slecht teken.
Meestal zit ik heel sereen op de fiets. Er is weinig dat me uit mijn evenwicht kan brengen. Men doet allemaal maar. Ik rij mijn rondjes en maak me niet druk om wegomleidingen of onoplettende verkeersdeelnemers. Maar afgelopen weekend kostte me dat gek genoeg enige moeite.
Kouwe drukte of stress alert?