Hoe is het toch met mijn teen?
Ik schreef al eerder over de grote teen van mijn rechtervoet. Daar liet ik op de laatste dag van onze vakantie een zware fietsdrager op neerkomen. Onhandig. Teen kapot.
Inmiddels zijn we ruim twee maanden verder. Hoe is het eigenlijk met die teen? Antwoord: het gaat.
In de eerste vijf-zes weken na het ongelukje deed mijn teen pijn bij het kracht zetten. Zoals bij traplopen en fietsen. Was het een kneuzing, of misschien toch een breukje? Hoe het ook zij, op een gegeven moment was de pijn verdwenen.
Ondertussen begon mijn teennagel steeds verder los te laten. Het was een raar gezicht, zo’n half bungelende nagel aan mijn teen met de donkerblauwpaarse restanten van een bloeduitstorting eronder vastgeplakt. Twee weken geleden had ik dan eindelijk de moed om die nagel, althans dat deel van de nagel dat niet meer vast zat, weg te knippen. Een raar klusje.
Resultaat: een teen waarbij alleen nog aan de linkerkant (de buitenkant) een stuk nagel is overgebleven. Tweederde deel is weggeknipt en van de resterende eenderde nagel zit ook nog een deel los.
Dat betekent: oppassen bij het aantrekken van een sok en bij het omdraaien in bed. Want af en toe blijft dat restant nagel haken en dat is niet bepaald aangenaam.
Een aan de bovenkant ontblote, nagelloze teen is bovendien kwetsbaar en gevoelig. Gevoelig tijdens het lopen met schoenen, gevoelig bij het fietsen, vooral bij het aanzetten, en zelfs gevoelig onder de douche, als er dikke waterdruppels op vallen.
Ik ben benieuwd hoe lang het duurt voordat die nagel weer volledig is aangegroeid.