Erge bergen 36: Kopje van Bloemendaal
Zuidzijde |
Noordzijde |
Afgelopen zomervakantie heb ik welgeteld één boek gelezen: De veertiende etappe, van Tim Krabbé. In deze verzameling van 71 korte wielerverhalen komt regelmatig het Kopje van Bloemendaal ter sprake. Nu fiets ik al 37 jaar, met als achtereenvolgende standplaatsen Vlaardingen (of all places), Utrecht en Den Haag, maar het kopje van Bloemendaal had ik nog nooit befietst. Het Kopje lag eigenlijk altijd net buiten mijn actieradius. Maar na het (her)lezen van de verhalen in De veertiende etappe wist ik dat ik toch een keer naar het Kopje moest.
Twee weken geleden werd deze leemte in mijn fietservaring opgevuld toen ik in het aangename gezelschap van een tweetal vrouwen en een drietal mannen van de Haagse wielervereniging Trias een lange, rustige duurtraining deed. Doel: 100+ km en wellicht naar het Kopje. Zo gepland, zo gedaan. Op een warme zaterdagochtend over het drukke maar schitterende fietspad door de duinen, via Katwijk, Noordwijk en Zandvoort naar Bloemendaal. Beetje fietsen, beetje kletsen.
En toen over het Kopje. Eerst vanaf de zuidkant, en toen terug vanaf de noordkant. Het Kopje van Bloemendaal is een leuk klimmetje, steiler en hoger (noordzijde 35 hm!) dan ik van te voren had bedacht. Bovendien is het een klimmetje dat van de noordzijde uit twee gedeelten bestaat, met een vlakker stukje in het midden. Een beetje stuiteren over de klinkers, de juiste soepele versnelling zoeken en op het tussenstukje flink opschakelen en doortrekken. Geinig.
Maar toch.
Want toen ik weer thuiskwam stond er 115 km op de teller. Leuk hoor, daar niet van, maar om nou vanuit Den Haag ruim honderd kilometer te fietsen met het Kopje van Bloemendaal als enige doel, daar zal ik geen gewoonte van maken. Ondanks de mooie route, ondanks het geinige klimmetje.
Been there, done that.