Traag omhoog, traag omlaag
Erge bergen 116: Colle Braida
Donderdag 28 juni. Onbestendig weer vandaag. Als we uit Arnodera wegfietsen spettert het, maar in het dal is het droog. We fietsen op en neer door het dal, oostwaarts, langs velden, door dorpjes, langs de spoorlijn naar Turijn, tot de Laghi di Avigliana. Dan slaan we scherp rechtsaf, en de weg gaat omhoog, ruim 10 kilometer, van 350 naar 1000 meter. De Colle Braida.
De Colle Braida wordt af en toe opgenomen in de Giro d’Italia, en blijkt een prachtige klim. Grote delen gaan met 8-9% omhoog, over een slingerende weg met af en toe mooie doorkijkjes naar het oosten, zelfs tot aan Turijn. Ik doe het rustig aan, de vermoeidheid van het dagenlang klimmen en dalen zit al behoorlijk in de benen. Als ik na een klein uurtje klimmen boven kom, staan mijn vrienden te wachten, en nog niet eens zo lang.
Er staat dan 50 kilometer op de teller en we kunnen kiezen: terug via de zelfde route, via de verharde weg met een ommetje van 80 kilometer, of binnendoor deels onverhard naar beneden, dan is het maar 30.
Het lijkt wat laf, de keuze voor de route binnendoor, maar dat is het niet. De afdaling is grotendeels onverhard en vies, en waar asfalt ligt gaat het gruwelijk steil over een verschrikkelijk wegdek naar beneden. Ik rem bijna continu, en het duurt maar en het duurt maar. Gelukkig heb ik mijn gravelwielen met de dikke banden gemonteerd. Maar ontspannen dalen is anders.
Dan komen we gelukkig weer heelhuids in het dal en fietsen we terug in de richting van Susa. De aangekondigde regen van die middag is in de verte al zichtbaar en hangt als een donkergrijs gordijn tegen de bergen.
In Bussoleno slaan we linksaf. Het begint te regenen en de weg gaat omhoog. Steil omhoog, ruim 2 kilometer lang boven de 10%. Steeds harder regent het en ik raak helemaal doorweekt. Maar koud krijg ik het niet, want de temperatuur is nog prima en de inspanning is maximaal.
Als ik niks meer door mijn beregende en beslagen bril zie, stop ik even en prop de bril in mijn achterzak. Inmiddels rijden we weer op 700 meter hoogte en fietsen we op en neer, over smalle wegen, door gehuchten met smalle straatjes, over steile klimmetjes en steile afdalinkjes, kruip door – sluip door terug naar onze b&b in Arnodera. Er staat dan 83 kilometer en 1600 hoogtemeter op de teller. Gemiddelde: 16,1 km/u. Traag omhoog, traag omlaag.
Alles is nat. Maar dat is geen onprettig gevoel. Na het drogen en poetsen van mijn fiets is het tijd voor een koude chino, paprikachips en een lange hete douche.
****
Naschrift: de regen blijkt de doodsteek voor mijn fietscomputer. De volgende dag functioneert mijn hoogtemeter niet meer en het scherm is grotendeels onleesbaar geworden. Teleurstellend dit. Kostbaar grapje ook.