Biááánchííí!
Soms zijn dingen moeilijk uit te leggen. Dat geldt vooral in situaties dat je het zelf ook niet precies weet.
Wat ik wel weet zijn twee dingen: 1) mijn huidige fiets is 12 jaar oud; 2) ik wil de komende zomer gaan bikepacken. Met een beetje bagage op de fiets dwars door Italië, van Aosta naar Siena, over de Via Francigena, over verharde en onverharde wegen.
Maar 1 + 1 is niet altijd 2. Mijn budget als arme ambtenaar met twee studerende kinderen en een loden hypotheek laat dat niet toe. Want ach, als ik het geld ervoor zou hebben wist ik het wel: een fraaie nieuwe lichte racefiets voor op de vlakke weg, in de heuvels en de bergen, en een mooie robuuste gravelbike voor de strade bianche en andere onverharde paden. Maar dat heb ik niet, dat geld. Ik zocht dus al een tijdje naar een fiets waarbij geldt 1 + 1 = 1. Een mooie lichte maar robuuste gravelbike met goede ‘weg-eigenschappen’.
Want die bestaan. Echter: die zijn duur. Zo had ik mijn oog laten vallen op de Storck GRIX, een schitterende fiets, van het fijne merk waar ik nu al twaalf jaar met veel plezier op fiets. Prijs: 3200 euro. In de afgelopen maanden bekeek ik afwisselend de site van Storck en mijn vrij lege spaarrekening. En ik dacht met frustratie terug aan die maand in het afgelopen jaar dat ik zowel een onverwachte kostenpost van 1700 euro aan de reparatie van onze auto, als een hoge tandartsrekening van 1500 euro figuurlijk en letterlijk voor mijn kiezen kreeg. Een maandsalaris down the drain. Dat was niet bepaald bevorderlijk voor de omvang van mijn liquide middelen.
Ik ging dus verder zoeken. Dat was niet eenvoudig en zelfs enigszins frustrerend want de beschikbare fietsen waren me niet mooi genoeg, of te duur, en de mooie fietsen waren niet leverbaar, of te duur. Ik zocht bij Canyon, bij Trek, bij Cannondale, bij Cube en ik vond niet wat ik zocht. Ik zocht bij fietsenzaken bij mij in de buurt, en steeds verder bij mij uit de buurt, totdat ik in ’s-Gravenzande terecht kwam, 14 kilometer verderop.
En daar vond ik wat ik zocht. Althans zo leek het. Ik las een positieve review van het carbonnen zusje van de fiets in kwestie (1000 euro duurder!) door Leon van Bon in Fiets Magazine; ik belde naar de winkel of ik kon komen kijken; ik trok mijn fietskleren aan en fietste op mijn oude Storck naar ’s-Gravenzande, in de barre kou, windje tegen; ik liep de blinkende winkel binnen en daar stond die zwarte schone.
Ik mocht een proefritje maken. Het zadel werd op de juiste hoogte gezet, de pedalen van mijn Storck werden tijdelijk getransplanteerd naar de zwarte dame en ik reed weg, naar de duinen, naar Hoek van Holland. Dat was even wennen: dikke banden, een wat groter frame en een wat andere geometrie dan mijn Storck, en een hoger stuur. Ik fietste over het asfalt, over een grasstrook, over klinkers en hobbels en een stukje door het zand. Ik reed haakse en scherpe bochten, maakte slingerbewegingen, zette aan uit het zadel tegen een duinklimmetje en probeerde flink door te trekken op de weg terug met windje mee. Het voelde anders maar toch vertrouwd. En lekker. En veilig! Schijfremmen!
Ik fietste terug naar de winkel en men stelde voor om het stuur even wat lager te zetten, bijna zo laag als dat van mijn Storck. Gewoon, om te proberen. Ik fietste opnieuw een klein rondje en wist: dit wordt mijn nieuwe fiets! Met daarbij de opwindende vraag hoe die zou voelen met smalle, snelle 28 mm banden?
Ik heb altijd gedacht dat mijn nieuwe fiets opnieuw een Storck zou zijn. Exclusief, mooi ontworpen, ongeëvenaarde Duitse carbontechnologie. De Audi onder de fietsen: “Vorsprung durch Technik”. En toch bleef daar ook altijd het wat kinderlijke verlangen naar een Maserati, een Italiaanse racefiets. Een Colnago, De Rosa of Wilier.
Het is een Alfa Romeo geworden. Vanaf volgende week fiets ik op een Bianchi Impulso. Een robuuste, helaas niet al te lichte, maar bijzonder fraaie en ook nog eens relatief voordelige aluminium gravelbike.
Om de fiets ook qua gewicht geschikt te maken voor de bergen (qua versnellingen is die dat al, met zijn 31 vóór en 34 achter als kleinste koffiemolenverzetje) overweeg ik er op termijn een extra set lichte wielen bij te kopen. Daar moet ik dan eerst weer even voor sparen. En ondertussen gooi ik er om te proberen ook eens een paar smalle banden onder.
Ik weet niet hoe het voelt om vreemd te gaan, maar ik vind het wel een beetje lullig voor mijn ouwe trouwe Storck. Die heeft mij immers in de afgelopen twaalf jaar overal gebracht, van de Amerongsehel tot de Galibier en van de Maeslantschans tot de Oberaarsee, zonder me ook maar één moment teleur te stellen. Het was een heerlijke fiets, maar nu is die versleten. Ik heb werkelijk nog geen idee wat ik ermee aan moet. Dat zal de komende maanden wel uitwijzen.
Mijn fietsmaten Willem en Frans die ik altijd pleeg te begroeten met een luid “Biááánchííí!” kunnen evenwel tevreden zijn.
Met grote dank aan Van Scheijndel Wielersport voor de genomen tijd en de geweldige service.
Haha de duitsche Audi 😅. Veel plezier met je mooie gravellino. Hoop snel een keer met je te gravellen 🤙
Op den Utrechtschen Heuvelrug.