Wind en regen
Zondagochtend. Kans op een buitje, zo interpreteer ik de regenradar. De zon schijnt en ik stap op de fiets. Ik heb anderhalf uur.
Op de Laan van Meerdervoort voel ik het al: windje mee. Tot Hoek van Holland blijft de teller ruim boven de dertig. Op het duinpad bij Monster rijd ik zelfs een tijdje 45. Zonder enige moeite. Dat zal een fijne terugweg worden, bedenk ik me. Niet forceren dus, beetje sparen, beetje laf. Toch haal ik een groot aantal fietsers in. Niemand haakt aan. Jammer.
Op de Maeslantschansheb ik een prachtig uitzicht over het industriële landschap van de Rijnmond, de Botlek en het Westland. Donkergrijze wolken en buien in de verte. Af en toe een regenboog. Maar hier is het nog droog. Een paar keer naar boven en naar beneden. Kort klimmetje met windje tegen. Hartslag 170.
Dan moet ik nog terug. Windje tegen. In de duinen bij ’s-Gravenzande begint het te spetteren. Het spetteren gaat over in regen, en de regen gaat vervolgens over in een dichte sproeiregen. Onder het viaductje trek ik mijn regenjasje aan, die heb ik voor de zekerheid meegenomen, al was het maar om mijn telefoon te beschermen.
In de bui is het intussen ook enorm hard gaan waaien. Ik rijd verder en beuk tegen de regen en de wind. Maar veel harder dan 20 km/u ga ik niet. Een beetje gênant. Toch put ik enige moed uit het feit dat ik door niemand word ingehaald. Ik kom immers vele groepjes wielrenners tegen, dan moeten er toch ook vele anderen mijn kant oprijden? Maar ik durf niet achterom te kijken.
De bui duurt tien minuten. Dan wordt het langzaam droog. Ik ben doorweekt, maar alleen mijn voeten zijn koud. Ik kan ook weer steeds sneller, de wind is gelukkig wat afgenomen.
Ik kom thuis. Strava op stop, helm af, fiets naar binnen, schoenen uit, met natte sokken op het parket bidonnetje leegdrinken, laarzen aan, fiets naar de tuin tillen. Daar zie ik dat die ontzettend goor is. In de schuur pak ik de tuinslang, sluit hem aan op de buitenkraan en geef mijn fiets een koude douche. Ik zet hem tegen de schuur om in de wind op te drogen en ga weer naar binnen. Zelf douchen.
Dat was een lekker tochtje!
Dit is het arme lot van ons fietsers, Frank. Soms denk ik ook wel 's; "Waar ben ik nou mee bezig". 🙂
Groeten uit Sneek, dzjiedzjee.blogspot.com