Alleen maar niet eenzaam
In de bergen fiets ik meestal alleen. Ook al vertrekken we met zijn achten tegelijk, het duurt nooit heel lang voordat ik achteraan fiets. Alleen naar boven.
In de bergen zijn de klimmen soms lang, vaak meer dan tien kilometer, soms nog veel langer. Ik kom dan al gauw tien minuten tot een half uur later dan de eersten boven. Meestal wachten ze op me. Dat is aardig.
Tijdens het klimmen gaan er weinig gedachten door mijn hoofd, anders dan: hoe ver moet ik nog, hoe hoog moet ik nog, hoe steil is het in de komende kilometer. In sommige streken word ik daarbij geholpen door bordjes aan de kant van de weg die me het antwoord op deze vragen geven. En verder let ik op de weg en probeer ik zoveel mogelijk om mij heen te kijken en het landschap in mij op te nemen.
Zeker, soms is het té zwaar, en zit het harken, worstelen en afzien het genieten in de weg. Dan is er – zoals op de Col du Mont-Cenis – telkens de vraag: wat doe ik hier? Waar ben ik mee bezig? Wat dan helpt is de wetenschap dat een mens zijn aandacht op grofweg drie dingen kan richten: op zijn taak of activiteit (zoals een berg op of tegen de harde wind in fietsen), op zijn gedachten of gevoel (wat is dit zwaar, ik ben zo moe, ik heb zo’n dorst), of op zijn omgeving (het landschap, het gezelschap). Op de fiets is het de kunst om die verschillende richtingen van aandacht in een positieve balans te brengen. Zoals de Engelsen zeggen: energy flows where the attention goes. Aandacht op taak en omgeving kan helpen om het negatieve gevoel (ik kan niet meer, en ik moet nog zo ver) even weg te parkeren, of – de ultieme situatie – in een staat van een gedachteloos hier en nu te komen. Lichaam en geest zijn dan één, al klinkt dat misschien wat zweverig.
Wat daarbij ook helpt is de ervaring dat het echte lijden, de fysieke pijn, de uitputting, snel vergeten is, en daarvan alleen nog het heroïsche verhaal, het humble bragging of de anekdote overblijft. En de bevrediging over of zelfs trots op de eigen prestatie. Het genieten achteraf. Achter een goed glas bier. Gezamenlijk.
Met alleen fietsen heb ik dan ook geen enkel probleem.