Strada deformata
(Erge bergen 8: Passo del Rastrello)
We waren met vakantie in Italië. De laatste week stonden we op een camping in Ligurië. Ik had mijn fiets meegenomen, en had in die weken daarvoor al in de Dolomietenen Toscane gefietst. Zowel in de Dolomieten als in Toscane kun je prachtig fietsen. De ‘witte wegen’ op de kaart zijn over het algemeen van prima kwaliteit.
Zo niet in Ligurië. De wegen die ik daar befietst heb, bevonden zich in een huiveringwekkende staat van onderhoud. Terwijl ik dacht dat Ligurië een welgestelde provincie was. Scheuren, kuilen, gaten. Kleine gaten, grote gaten, tot 30 centimeter diep. Fietsen is er prachtig, maar levensgevaarlijk.
Vooral de kleine paswegen zijn slecht. Verklaarbaar natuurlijk: de winters zijn ijskoud en de zomers snikheet. Daar is het asfalt nauwelijks tegen bestand. Voeg daar het op de weg liggend gevallen gesteente aan toe en je begrijpt dat fietsen in Ligurië een avontuur is.
De Passo del Rastrello slaat werkelijk alles. Vanuit Sesta Godano (190m) stijgt de weg eerst rustig maar al gauw onheilspellend – bijna continu 10% – naar 1051m. Klimmen is zwaar. Niet alleen omdat het zo steil is, maar ook omdat de weg kronkelt, draait en keert en je geen enkel idee hebt waar het naar toe gaat, of het zo steil blijft, en hoe lang het nog duurt. Bordjes langs de kant van de weg: strada deformata; strada dissestata. Op 700 meter hoogte fiets ik door een gehucht met een passende naam: Calabria.
Afdalen is lastig. Voor een slecht daler als ik zelfs rampzalig. Omdat het zo steil en bochtig is, en de weg zo verschrikkelijk slecht, moet ik bijna continu remmen. Noem het angst, noem het voorzichtigheid. In BradleyWigginsstyle naar beneden. Pas in Sesta Godano kom ik weer tot rust.
Naschrift: Het verkeersbord zegt Passo del Rastrello, mijn kaart zegt Foce di Rastello. Een beetje googlen vergroot de verwarring alleen maar.