Daalangst

Komend weekend is het weer zover. Met vijf fietsvrienden ga ik drie dagen fietsen in de Eifel of het Sauerland.

In het voorjaar hebben we ook drie dagen in de Eifel gefietst. Twee onaangename belevenissen hebben bij mij geleid tot daalangst.

Allereerst was daar mijn lekke band op zaterdag. Ooit beweerde ik nooit een lekke band te hebben. Kwestie van op tijd een nieuwe buitenband erop zetten. Maar dat durf ik nu niet meer te beweren.

We waren een beetje verdwaald en besloten op een gegeven moment de fietsbordjes en daarmee de fietspaden binnendoor naar onze avondbestemming te volgen. In de Eifel vind je vele prima aangegeven fietsroutes binnendoor. Die routes hebben evenwel één groot nadeel: het fietspad kan over onverharde paden leiden. En als ik ergens een hekel aan heb is het aan onverharde paden. Vervelend om op te klimmen, bijzonder naar om over af te dalen, en altijd kans op een lekke band.

Dit keer was ik de pineut op een steil stijgend stuk met grote, scherpe stenen. Ik zwoegde al vloekend omhoog en wilde eigenlijk afstappen want fietsen was geen doen, maar liet dat na omdat ik mijn schoenplaatjes niet wilde beschadigen, toen ik opeens “psshh” hoorde en ik op mijn velgen reed. Vloeken luchtte op, maar hielp niet. Snel mijn binnenbandje vervangen. Gek genoeg vond ik geen gaatje in het loopvlak van de buitenband.

Vervolgens de zondag. Regen. Heel de dag. Regen bij het klimmen, regen bij het dalen. Het was nat en koud. Tussen de middag aten we wat bij een pizzeria. Als vijf verzopen katten zaten we druipend van het regenwater aan tafel. Waterplassen op de plavuizen.

Dalen op een nat wegdek is gevaarlijk. Of beter gezegd: ik vind het gevaarlijk. Ik ben een zeer slecht daler – klimmen kan ik trouwens ook niet, dus in de Eifel heb ik eigenlijk niks te zoeken – en dat is er in de loop van de tijd niet beter op geworden. Ik ben niet meer in staat de weg goed ‘te lezen’ en soepel door de bochten te sturen. Remmend door haarspeldbochten. Dat deed ik ooit toch anders.

Dalen in de regen maakt het alleen maar erger. Remblokjes werken nu eenmaal minder goed in natte dan in droge omstandigheden. Klimmen in de regen vind ik niet erg, dat heeft nog iets heroïsch, maar dalen in de regen vind ik verschrikkelijk.

De volgende dag. Weer thuis. Fiets schoonmaken. Want die was helemaal goor geworden van de gesleten en afgespoelde remblokjes.

Dan zie ik mijn achterband. Door een scheurtje aan de zijkant komt een klein lichtgrijs ballonnetje binnenband tevoorschijn. Daar heb ik dus gisteren heel de dag mee rondgefietst. Ik zie mezelf in een natte afdaling, vijftig per uur, flauwe bocht, klapband.

Ik heb geluk gehad.

De weekendstatistieken:

Dag 1: Prüm – Bernkastel-Kues: 95 km, 1080 hm

Dag 2: Bernkastel-Kues – Neumagen: 140 km, 1800 hm

Dag 3: Neumagen – Prüm: 100 km, 1470 hm

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *